Goederen en diensten waren deze maand in de eurolanden in doorsnee 0,2 procent goedkoper dan een jaar geleden. Daarmee is opnieuw sprake van deflatie.

Dat blijkt uit een eerste schatting, die Europees statistiekbureau Eurostat vrijdag heeft gepubliceerd.

De inflatie, de graadmeter voor de ontwikkeling van het prijspeil, zakte in april naar min 0,2 procent. Dat betekent dat goederen en diensten in de landen waar met de euro wordt betaald gemiddeld 0,2 procent goedkoper werden. In maart werd nog een stabilisering van het prijspeil ten opzichte van een jaar eerder gemeten.

De dalende inflatie hangt vooral samen met de sterke daling van de olieprijs. Zonder de zeer beweeglijke prijzen van voedsel en energie ging de inflatie in april van 1 procent naar 0,8 procent.

ECB aan zet

De Europese Centrale Bank (ECB) probeert met een extreem lage rente en door op grote schaal schuldpapier op te kopen de inflatie en economische groei een impuls te geven.

Voorlopig zitten onder meer de lage olieprijzen in de weg. Gezien de vooruitzichten voor de energiemarkt zou het gemiddelde prijsniveau in de eurozone de komende maanden weleens opnieuw kunnen dalen, gaf ECB-president Mario Draghi afgelopen week al aan.

Desondanks gaat de ECB er nog altijd vanuit dat de inflatie later dit jaar weer zal aantrekken, gevolgd door een verdere stijging in de twee jaar daarna. Mocht die verwachting om wat voor reden dan ook in gevaar komen, dan zal de ECB alles doen wat binnen haar mandaat mogelijk is om de inflatie toch op de drijven richting het gewenste niveau van net geen 2 procent. In elk geval blijft de rente voorlopig zeer laag.

Strijd tegen lage inflatie

In maart trok de ECB alle registers open in de strijd tegen de lage inflatie en matige economische groei. De rentetarieven gingen verder omlaag en het bedrag waarvoor de centrale bank maandelijks schuldpapier opkoopt, werd verhoogd van 60 miljard naar 80 miljard euro. Dat de centrale bank na deze zeer ingrijpende stappen in april pas op de plaats maakte, kwam voor economen niet als een verrassing.

De stappen van de ECB stuiten op veel kritiek vanuit met name Duitsland en Nederland. Draghi ligt daar niet wakker van. ,,Ons mandaat is prijsstabiliteit voor de hele eurozone, niet alleen Duitsland'', zei hij afgelopen week. ,,Wij zijn bovendien onafhankelijk en laten ons niet leiden door politici. Zo staat het in de wet.''

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl